Poing

‘Hee Boris! Moet je kijken wat ik heb!’ 
Boris draait zich om en ziet zijn vriend Bas achter zich lopen. Bas graait zo diep in zijn broekzak dat hij er scheef van loopt. 
Boris loopt naar Bas toe. Nog steeds heeft hij zijn ene hand heel diep in zijn broekzak.
‘Ik krijg dat ding er niet uit!’ zegt hij, en hij perst zijn lippen op elkaar.
‘Wat heb je dan?’

‘Nou…… dít!’ roept hij dan, en hij zwaait zijn arm omhoog. In zijn hand heeft Bas iets ronds, met heel veel kleuren. Boris ziet iets geels, met rood en groen…..
‘Dit kreeg ik van mijn opa! Het is een stuiterbal!’
‘Okee…,’ zegt Boris weinig enthousiast. ‘Heb je nog meer van je opa gekregen? Anders loop ik weer door…’
‘Mijn opa had hem in zijn tuin gevonden! Moet je kijken… die kleuren!’ roept Bas, en hij houdt het  stuiterballetje vlak voor Boris’ gezicht.

Boris kijkt eens goed. Bas maakt een snelle beweging, alsof hij het balletje op Boris’ neus wil laten stuiteren. Boris deinst achteruit.  
‘Kijk uit joh!’
Bas zijn ogen glanzen van plezier. ‘Wie hem het eerste heeft…!’
Met al zijn kracht gooit Bas de stuiterbal heel hoog de lucht in.
‘Wat doe je?!’ roept Boris en ze kijken allebei omhoog. Wauw, die gaat hoog! Het balletje wordt eerst kleiner en kleiner, tot hij nog maar een stipje is in de lucht. Dan wordt hij weer groter en groter, en komt hij weer omlaag.

Maar Bas heeft het balletje niet recht omhoog gegooid. Een stukje verderop valt het balletje op de stoep en stuitert het weer omhoog, maar niet zo hoog als de vorige keer. Zo gaat het een paar keer de lucht in en stuitert het weer op de stoep. Steeds als het balletje op de stoep stuitert, hoor je 'poing...!'

Bas volgt het balletje met zijn ogen. Hij zet de achtervolging in en Boris rent achter Bas aan.
‘Waar gaat dat ding naartoe?’ roept Boris.
De stoep loopt een beetje naar beneden, waardoor het stuiterballetje steeds verder weg op de stoep stuitert.  
Bas gilt van de pret. Er lopen mensen op de stoep. Ze springen verschrikt opzij, eerst voor het balletje  en daarna voor Bas, die erachteraan rent. Boris komt er wat later achteraan, die heeft niet zo’n zin om hard te rennen.
Bas vliegt tussen de mensen op de stoep door. Wat gaat dat ding hard! Als hij hem maar niet kwijtraakt! Hoe moet hij dat aan zijn opa vertellen?

Poing! Poing! Poing! ...Floep!
Het balletje stuitert in de grote tas van een mevrouw. Oef!
‘Boris!’ roept Bas en hij kijkt achterom. Daar komt Boris aangesjokt. Sjonge jonge, kan hij nou echt niet een beetje doorlopen?
‘Wat is er?’ vraagt Boris.
‘Het balletje…. Het zit in de tas van die mevrouw!’
‘Welke mevrouw?’ 
Bas kijkt om zich heen. Omdat hij naar Boris had omgekeken, ziet hij de mevrouw met de grote tas niet meer.

‘Oh nee! Waar is ze nou?’ Bas begint weer te rennen. ‘Kom nou mee, Boris!’ Hij trekt zijn vriend aan zijn arm.
Dan ziet Bas haar weer. De mevrouw heeft een rode jurk aan, en Bas is al bijna bij haar.
Hij kijkt even of Boris vlak achter hem is. Gelukkig, hij loopt nu wat harder. Dat getreuzel kan hij nu echt niet hebben.
‘Mevrouw…?’ vraagt Bas voorzichtig, terwijl hij naast haar gaat lopen.
Maar de mevrouw heeft een oortelefoon op en loopt te praten met haar telefoon in haar hand.
‘Mevrou-ouw!’ gilt Bas nu hard.
‘Ik pak hem wel!’ roept Boris en hij kijkt in de tas. ‘Hij zit er niet in joh! Ik zie alleen appels en mmmm…! Snoepjes!’ Zal hij zijn hand in die tas steken? Het balletje ligt misschien wel onderin! Maar als die mevrouw dat merkt dan denkt ze natuurlijk dat hij een dief is! Dan belt ze de politie en stoppen ze hem in de gevangenis. Alleen maar door zo'n balletje! Pff, echt niet...! Maar als hij nou héél voorzichtig....?

Voordat Boris zijn hand in de tas kan stoppen, kijkt de mevrouw over haar schouder en loopt de straat op. Ze steekt over. Aan de overkant van de straat is een groot park. Bas en Boris lopen naast haar, maar ze heeft het niet in de gaten. Ze praat maar door met die  telefoon in haar hand.
‘Zie jij het balletje?' vraagt Boris aan Bas. 'Ze merkt het vast niet als wij in haar tas kijken of hij daar in zit, toch...?'
Dit keer wil Bas zijn hand uitsteken. Maar de mevrouw is bij het grote grasveld van het park aangekomen en plotseling staat ze stil op het gras. Haar tas pakt ze met twee handen beet. Dan houdt ze de tas ondersteboven. Alle spullen vallen eruit.

Bas en Boris zien de appels in het gras vallen en de snoepjes. En een deken. De deken legt de mevrouw  op het gras.
En oh la la... daar rolt iets ronds uit de tas, iets geels, met rood en groen…

Het grasveld ligt op een helling. Het balletje dat uit de tas is gerold, rolt over het gras naar beneden. Eerst zachtjes, dan steeds harder. Onderaan het grasveld ziet Bas een grote waterplas.  
‘Oh nee….!’ kreunt Bas en hij zet het op een rennen. Als het balletje in het water rolt moet hij er zeker achteraan en het water in springen! Tussen die rare eenden en dat groene spul... 
Boris kijkt Bas eerst verbaasd na, maar ziet dan wat er gaat gebeuren en hij rent achter Bas aan.

Het stuiterballetje geniet van zijn vrijheid en rolt heerlijk over het gras, de helling af. Sneller en sneller.
Verderop zit een klein kindje in het gras, en het stuiterballetje rolt er recht op af.

‘Hihi!!!’ gilt het kleine kindje, die het balletje ziet aankomen. Het stuiterballetje rolt over het voetje heen. Tussen de kindervoetjes in blijft het balletje liggen. Bas  neemt een duik, vlak naast het kindje. Het kindje kraait van pret en pakt het balletje nét op als Bas het wil grijpen. Bas ploft op zijn buik plat in het gras.
'Geef het maar...!' hijgt Bas en hij hoopt dat het aardig klinkt. Eigenlijk had hij heel hard willen roepen: 'GEEF HIER!' Maar dat doe je niet hè, tegen zo'n klein kindje. Het kindje kijkt naar het balletje en gooit het dan met een onhandig boogje weer verderop in het gras. Het kruipt er meteen achteraan.
Maar het kindje kan nog niet zo hard kruipen. Het kan wel heel hard gillen, van plezier. Dat doet pijn aan je oren. 

Bas is sneller, hij kan het balletje nu bijna pakken. Bijna… nog een paar centimeter. Met een duik moet hij het kunnen pakken.
Bas neemt een snoekduik en ja hoor: hij klemt het stuiterballetje in zijn hand. Hij gaat rechtop in het gras zitten. Het stuiterballetje houdt hij omhoog, tussen zijn duim en wijsvinger.

‘Hebbes!’ roept hij naar zijn vriend Boris. Hij blijft even uithijgen. 
Boris komt aangelopen. ‘Hè, hè, wat een gedoe zeg, zo’n stuiterbal…’ zegt hij, en hij is blij dat dit gedoe nu voorbij is. 
‘Ik dacht dat ik dat ding nooit meer te pakken kreeg!’ jubelt Bas en hij houdt het balletje voor zich.
In een flits ziet hij iets donkers voorbij komen en het volgende moment voelt hij twee poten op zijn bovenbenen en een natte snuit tegen zijn hand.
'Bèh!' roept hij van schrik en hij laat zich achterover vallen in het gras. 
Het volgende moment is het balletje uit zijn hand verdwenen.

‘Wat nu weer?!’
‘Die hond, die heeft hem!’ roept Boris. Hij begint er nu plezier in te krijgen. Hij wijst naar een grote hond met witte en bruine vlekken, die wegrent.
Bas krabbelt overeind en rent achter de hond aan zo hard hij kan.
‘Man, laat toch!’ hoort hij Boris roepen. Maar nee, dat balletje is van hem, die hond moet ervan afblijven! Wat denkt hij wel!
De hond vindt het heel leuk dat Bas achter hem aanrent, en het beest rent een rondje over het grote grasveld. Boris ziet hoe de hond rondjes rent en hoe Bas erachter aan rent zo hard hij kan. Boris moet er steeds harder om lachen. Hij gaat ondertussen lekker in het gras zitten. 
Hij ziet die grote hond, met het geel-met-rood-en-groene stuiterballetje in zijn bek en met een staart die vrolijk heen en weer zwaait. Bas roept allemaal rare woorden naar de hond en struikelt steeds omdat hij harder wil rennen dan hij kan. Het lukt hem maar niet de hond niet in te halen. 
Dan rent Bas langzamer en langzamer, want hij kan niet meer. De hond blijft nog steeds rondjes rennen over het gras, die heeft er plezier in en wordt niet moe.

Bas laat zich op zijn rug in het gras vallen. Boris staat op en loopt naar hem toe.
‘Laat dat beest toch,’ zegt hij weer, en hij gaat er eens lekker lui bij zitten. Bas ligt te hijgen en zegt hortend en stotend: ‘Ik… wil… mijn… stuiterbal!!’
Hij sluit even zijn ogen. Zo kan hij beter uithijgen. Boris laat zich ook op zijn rug in het gras vallen. 
‘Wát!!!’ krijst Bas dan opeens en hij schiet overeind. Boris schiet ook overeind. Hij ziet de hond vlak bij Bas staan.
‘Ik schrik me rot man!’ roept Bas, ‘dat beest heeft me in mijn gezicht gelikt!’
Bas kijkt de hond aan. De hond kijkt Bas aan. Bas heeft thuis nooit een hond gehad, dus hij had dit niet verwacht. 
De hond likt zijn lippen nog eens af. ‘Heeft het gesmaakt, die stuiterbal?’ roept Bas boos en net als hij de hond wil wegduwen, ziet hij iets geels naast zijn rechterbeen liggen. De hond kijkt er ook even naar. Dan kijkt de hond Bas weer aan. Zijn staart zwaait weer vrolijk heen en weer. 

‘Oh nee…. Dat doe je niet nog een keer…!’ zegt Bas dreigend, en snel pakt hij het stuiterballetje op. Hij staat op en duwt het balletje met kracht in zijn broekzak.
Maar Boris weet wat leuks. Hij staat ook op. 
‘Ha ha, wat moet je nou met zo’n balletje als je hem alleen maar in je broekzak kan laten zitten omdat je hem anders kwijtraakt?’ zegt Boris lachend en snel stopt hij zijn hand in Bas zijn broekzak en trekt het stuiterballetje er razendsnel uit.
‘Weet je wat honden willen? Die willen…. spélen!!’ En op dat moment gooit hij het stuiterballetje met een grote boog omhoog, boven het grote grasveld.
Bas kijkt Boris woedend aan. ‘Wat doe je nou, man! Jij gaat dat balletje halen, jonge’…!’

Maar Boris kijkt naar de hond, die achter het balletje aan rent. Hij lacht om die leuke hond.  
‘Wat denk je, die hond die maakt dat balletje helemaal kapot!’ zegt Bas. 'En dat is jouw schuld!'
Hij rukt aan Boris’ arm en probeert hem naar de grond te trekken.
'Wacht! Die hond brengt hem terug!! Dat doen honden!’ roept Boris. Bas ziet dat zijn stuiterballetje over de grashelling naar beneden rolt. De bruin met witte hond rent erachteraan, en heeft hem al bijna te pakken.
Opeens klinkt er een fluitje. Met een snelle beweging hapt de hond naar het balletje. Dan staat hij stil, spitst zijn oren en kijkt achterom. Bas en Boris kijken waar dat fluitje vandaan komt.

Verderop zien ze een jongen staan. Weer blaast de jongen op dat fluitje. Dan begint de hond weer te rennen. Verbaasd kijken Bas en Boris hoe de hond naar de jongen rent. Op een afstand zien ze hoe de jongen de bal uit de bek van de hond haalt en bekijkt.

'Die is van mij!’ roept Bas zo hard hij kan, maar de jongen hoort hem niet.
Met een grote boog gooit de jongen het balletje over het grasveld. Voordat de hond erachteraan kan gaan, doet hij de hond vast aan zijn riem.
Bas en Boris bedenken zich geen moment. Ze rennen achter het balletje aan. Naast het grasveld in het park is een weiland met prikkeldraad eromheen. In het weiland staan een heleboel zwart met witte, en bruin met witte  koeien.

Het balletje rolt de helling af, nu niet naar het meertje toe, maar de andere kant op, naar het weiland toe. Af en toe struikelt Bas over zijn eigen benen, zo hard rent hij. Dan krabbelt hij weer overeind en rent hij weer door. 
‘Als het balletje achter het prikkeldraad komt, klim ik eroverheen!’ gilt hij tijdens het rennen.
Hij haalt het niet. Bas kan niet bij het balletje komen voordat het op het weiland is gerold. Achter het prikkeldraad. 

Het weiland heeft hoog, groen gras. De koeien staan daar van het hoge gras te eten. Omdat Bas over de helling naar beneden rent, heeft hij zo veel vaart dat hij bijna niet voor het prikkeldraad kan stoppen. Bijna niet… maar nog net op tijd stopt hij bij een paaltje.

Boris rent niet zo hard, en stopt al voordat hij bij het prikkeldraad is. Het balletje ligt nu stil, achter het prikkeldraad, tussen een plukje hoog gras.
‘Hebbes!’ gilt Bas al, en gaat op zijn knieën voor het prikkeldraad zitten. Als hij zijn arm uitstrekt, kan hij het balletje zo pakken! 

Voorzichtig om het prikkeldraad niet te raken, strekt hij zijn arm uit.
Dan kijkt hij langzaam omhoog. Een koe die net van een ander plukje gras had staan eten, begint nu net van het hoge gras te eten, waar het balletje tussen ligt.Bas schrikt. Hij houdt zijn adem in. Wat een grote kop heeft die koe! En wat is hij dddddddichtbij!

Gelukkig zit er nog prikkeldraad tussen, anders zou de koe hem misschien ook wel lusten? Of lust een koe geen mensen? Hij weet het niet. Hij durft zich niet meer te bewegen en houdt zijn arm heel stil.
‘Iek…,’ zegt Bas zachtjes.
‘Lust die koe stuiterballen? Of lust hij ons? Of eet hij alleen gras?’ fluistert Bas tegen Boris, die achter hem staat.

De grote koeienkop heeft grote donkere ogen en een lange, rode tong. Die tong raakt bijna zijn arm. Héél langzaam trekt Bas zijn arm terug. Zijn arm trilt een beetje. 
‘Ik durf niet….!’ zegt hij met een piepstemmetje, en gaat weer op zijn knieën zitten.
‘Weet je dat koeien víer magen hebben?’ hoort Bas achter zich. ‘Wij hebben maar één maag, daar zit alles in wat je hebt gegeten. Maar koeien hebben er vier!’ vertelt Boris.
‘Echt?!’ zegt Bas, en hij trekt een vies gezicht. ‘Nou, dan kan hij mijn stuiterbal dus vier keer opeten...’ 

Hij zucht en blijft naar de koe vlak voor hem kijken. De jongens zitten doodstil. 
De koe gaat met zijn lange tong langs het balletje. En nog eens. En nog eens.
‘Lekker dan!’ zegt Boris.
Bas blijft maar kijken. Misschien heeft hij al vijf stuiterballen in die magen van hem zitten! Dan zal hij zijn opa moeten vertellen dat het balletje in een koe zit.
Dit was het dan. Geen stuiterballetje meer om mee te spelen dus… 

Maar opeens kijkt de koe niet meer  naar het stuiterballetje. Met langzame bewegingen loopt het beest een stukje weg van het prikkeldraad. En weg van het balletje.
Met net zulke langzame bewegingen kruipt Bas stilletjes weer naar het prikkeldraad toe. En heel langzaam strekt hij weer zijn arm uit, onder het prikkeldraad door… hij houdt zijn arm even stil… als die koe het maar niet merkt… het balletje ligt nu vlak naast zijn hand... 

Dan loopt de koe nog een stap verder weg van het grashoopje en het balletje.
Voorzichtig pakt Bas het geel met rood en groene balletje en kruipt weer achteruit.
‘Joehoe!’ gilt hij dan blij, en hij springt overeind. ‘Die koe vindt hem niet lekker!’ juicht hij.
‘Nou, ik snap die koe wel…’, zegt Boris, en hij trekt een scheef gezicht. 'Zo'n stuiterding in je maag... daar krijg je de hik van.'

Maak jouw eigen website met JouwWeb